Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Trainen voor traumasensitief onderwijs

Steeds meer scholen werken aan een 'traumasensitief onderwijsklimaat' en volgen hiervoor een teamtraining. Zo'n training is een goed begin, blijkt uit dit onderzoek. Maar om Traumasensitief Onderwijs (TSO) blijvend en 'schoolbreed' in te voeren, zijn meer inspanningen nodig. 'Wat doe je als een leerling het bos in vlucht?'
Foto: Aleid Denier van der Gon

Veel leerkrachten vinden het emotioneel belastend om te werken met leerlingen die door ingrijpende ervaringen zijn getraumatiseerd. Ze voelen zich vaak onvoldoende competent om het gedrag van getraumatiseerde leerlingen te herkennen en te begrijpen en goed in te spelen op hun onderwijs- en begeleidingsbehoeften. Om hierin verandering te brengen, streven steeds meer scholen naar de ontwikkeling van een zogeheten traumasensitief onderwijsklimaat. Dat draagt niet alleen bij aan een veilig en sensitief klimaat voor leerlingen, maar ook aan een gezonde werkomgeving voor het schoolpersoneel.

Een van de mogelijkheden waarmee scholen een aanzet tot Traumasensitief Onderwijs (TSO) kunnen geven, is de teamtraining Lesgeven aan getraumatiseerde kinderen (hierna: teamtraining), waar we in dit artikel op inzoomen (box 1). Wat zijn de ervaringen van scholen met deze training, vroegen wij ons af. En hoe verloopt na het volgen van zo’n training de invoering van TSO? Wat bevordert of belemmert de implementatie? Deze vragen hebben we onderzocht met gestructureerde groepsdiscussies in zogeheten focusgroepen: onderwijsprofessionals die de teamtraining hebben gevolgd en op hun scholen aan de ontwikkeling van een traumasensitief onderwijsklimaat werken.

Eerst wat achtergrond. Een groot deel van alle leerlingen op Nederlandse scholen maakt een ingrijpende jeugdervaring mee, zoals misbruik, mishandeling, verwaarlozing of scheiding van de ouders. Maar denk ook aan leerlingen van wie de ouder ernstige psychische problemen heeft. Uit onderzoek blijkt dat ruim 45% van de leerlingen uit groep zeven en acht van het regulier onderwijs één of meerdere ingrijpende jeugdervaringen heeft meegemaakt (Vink e.a., 2016). Leerlingen in het speciaal onderwijs hebben meer ingrijpende jeugdervaringen meegemaakt dan leerlingen uit het regulier onderwijs (De Berk e.a., 2021).

Dit soort ervaringen zijn potentieel traumatisch en kunnen tot posttraumatische stresssymptomen leiden, zoals herbelevingen, vermijding, negatieve cognitie en stemming en hyperactivatie. Gemiddeld ontwikkelt 16% (range 12-22%) van de kinderen en adolescenten een posttraumatische stressstoornis (PTSS) na een traumatische ervaring (Alisic e.a., 2014). De ontwikkeling van PTSS is afhankelijk van diverse risico- en beschermende factoren, zoals copingstrategieën, de ernst en cumulatie van de traumatische ervaringen en de mate van steun uit omgeving (Trickey e.a., 2012).

Ingrijpende jeugdervaringen kunnen ook een negatieve impact hebben op de sociaal-emotionele en gedragsontwikkeling en het schools functioneren van leerlingen (Perfect e.a., 2016). Sommige leerlingen die deze ervaringen hebben meegemaakt, kunnen zich bijvoorbeeld minder goed concentreren (De Bellis e.a., 2009), ervaren problemen met het executief functioneren, uiten zich verbaal zwakker en hebben minder goede schoolprestaties in vergelijking

Premium

Wil je dit artikel lezen?


    Al abonnee? Log dan in