De helft van de Nederlandse volwassenen heeft ingrijpende ervaringen meegemaakt als kind, in andere landen lijkt dit aandeel zelfs hoger te zijn. Veelvoorkomende ingrijpende ervaringen zijn problemen in het huishouden (zoals echtscheiding), kindermishandeling en het overlijden van een ouder. Mensen met ingrijpende ervaringen in hun jeugd behalen vaak een lager opleidingsniveau dan mensen zonder ingrijpende ervaringen, maar de rol van ingrijpende ervaringen voor onderwijsongelijkheid is nog vaak onduidelijk.
Impact op kinderen van laagopgeleide en hoogopgeleide ouders
Uit het onderzoek van Carlijn Bussemakers blijkt dat gebeurtenissen zoals een echtscheiding of kindermishandeling zelfs een grotere impact hebben op kinderen van hoogopgeleide ouders dan op kinderen van laagopgeleide ouders. Verrassend, vindt socioloog Carlijn Bussemakers. ‘Mijn verwachting was dat kinderen uit gezinnen met meer financiële middelen minder last zouden hebben van ingrijpende ervaringen, omdat financiële hulpbronnen als buffer zouden kunnen werken. Dat is niet het geval, de effecten van ingrijpende ervaringen zijn gelijk voor kinderen van arme en rijke ouders.’
Kinderen uit rijkere gezinnen hebben net als kinderen uit armere gezinnen met ingrijpende ervaringen ook meer gedragsproblemen en behalen een lager opleidingsniveau. De impact is zelfs groter voor kinderen van ouders met meer culturele hulpbronnen, zag de onderzoeker. Die kinderen behouden bij ingrijpende ervaringen weliswaar enige voorsprong, maar die is minder groot dan bij kinderen zonder ingrijpende ervaringen: hun opleidingskansen nemen flink af. ‘Ouders gebruiken hun cultureel kapitaal om de onderwijskansen van hun kinderen te vergroten, bijvoorbeeld door voorlezen en andere activiteiten die de ontwikkeling van kinderen stimuleren. Maar bij een echtscheiding of kindermishandeling wordt dat culturele kapitaal minder goed overgebracht, doordat ouders minder tijd hebben of de ouder-kind relatie wordt geschaad.’
Goede ondersteuning voor kinderen en gezinnen met ingrijpende ervaringen is dus van belang om gelijke onderwijskansen te waarborgen.
Verschillen tussen landen
Bussemakers gebruikte voor haar promotieonderzoek onder meer data uit het Europese Generations and Gender Programm, met data uit zeventien landen. Daaruit blijkt dat mensen die als kind een echtscheiding of overlijden van een ouder meemaakten later een lager opleidingsniveau behalen. Landkenmerken zoals aanvullende kinderbijslag voor alleenstaande ouders of selectieleeftijd in het onderwijs verkleinen de impact van echtscheiding niet.
Bij het overlijden van een ouder zag de onderzoeker wel verschillen tussen landen. Bussemakers: ‘In landen met aanvullende kinderbijslag voor alleenstaande ouders heeft het overlijden van een ouder een kleinere impact op kinderen van laagopgeleide ouders, net als in landen met latere selectie in het onderwijs.’