Mens sana, in corpore sano: een gezonde ziel in een gezond lichaam, zei de grote Romeinse dichter Juvenalis al zo’n tweeduizend jaar geleden. Hij zag in dat ziel en lichaam onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn en elkaar wederzijds beïnvloeden, zowel in positieve als in negatieve zin. Het is dus niet zo vreemd dat in de klinische praktijk, als onderdeel van bijvoorbeeld depressie of angst, veel lichamelijke klachten voorkomen. In een somatisch-symptoomstoornis (in de DSM IV Ongedifferentieerde somatoforme stoornis genoemd) vormen zij de hoofddiagnose. Ook worden steeds meer kinderen en jongeren aangemeld met gediagnosticeerde lichamelijke klachten met psychische klachten als gevolg. Denk hierbij aan depressieve klachten ten gevolge van een visuele handicap.
Aangewezen behandeling hiervoor is doorgaans cognitieve gedragstherapie (CGT). Het probleem is echter dat – vooral in protocollaire CGT – de lichamelijke component vaak onderbelicht blijft. Het is belangrijk hier wel voldoende aandacht aan te besteden, omdat behandelingen niet effectief zijn wanneer geen rekening wordt gehouden met de lichamelijke gezondheid als onlosmakelijk onderdeel van het functioneren. Daarnaast voelen kinderen, jongeren en ook ouders zich onvoldoende gehoord binnen de GGZ wanneer het gaat om de fysieke beperkingen. Hierdoor is de motivatie om zich te committeren aan een psychologische behandeling onvoldoende. In het Gevolgenmodel (Rood, e.a. 2005) wordt wel duidelijk plek ingeruimd voor lichamelijke klachten, maar niet voor uitlokkende gebeurtenissen waardoor lichamelijke klachten kunnen toe- of afnemen. In dit artikel wordt een oplossing geboden door de factor Gezondheid een vast onderdeel te laten zijn van het G-schema.
Hoe werkt het in de praktijk?
Aan het begin van de behandeling wordt, na psychoeducatie over de klacht, het G-schema uit figuur 1 getekend. Hieruit blijkt dat de verschillende factoren met elkaar samenhangen en in samenspraak met de therapeut past de cliënt het schema toe op zijn eigen situatie. De cliënt krijgt informatie over de eerste levensbehoeften: een gezond eet- en drinkpatroon, gezond slaappatroon en gezonde dagstructuur. Dit wordt aan het schema toegevoegd. Ook wanneer sprake is van chronische gezondheidsproblemen, komen deze erbij te staan en bespreken de behandelaar en de cliënt welke gevolgen dit heeft voor de overige factoren.
De somatische aspecten van bijvoorbeeld depressie, significant gewichtsverlies of -toename, insomnia of hypersomnia, vermoeidheid of verlies van energie zijn een vast onderdeel van depressieve klachten. Door aan het begin van de behandeling uitleg te geven over de impact van lichamelijke klachten op gedachten, gevoel en gedrag raken jongeren meer