Zelfmoordpogingen
“Door gebrek aan cijfers kunnen we niet sturen”, zegt Niels Mulder, hoogleraar Openbare Geestelijke Gezondheidszorg en voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie met 3800 leden. “We weten dus niet wat de behoefte is aan zorg en wat het aanbod precies is. Als behandelplekken wegvallen, is ook niet bekend hoe dat moet worden opgevangen.”
Hoogleraar Mulder noemt het sluiten van specialistische klinieken zonder dat er een duidelijk alternatief is problematisch. “Er is een verschraling opgetreden van het aanbod voor mensen met ernstige psychische aandoeningen, die vaak alleen klinisch in opname geholpen kunnen worden. Mensen komen nu vaak weer thuis te zitten met dezelfde klachten. Dat kan leiden tot pogingen om een einde aan hun leven te maken, zoals dat vaak in het verleden ook al is gebeurd.”
Wachtlijsten
Ook de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd is bezorgd over de mate waarin cliënten goede, passende zorg kunnen blijven ontvangen. “Met het afbouwen van zorgaanbod en sluiten van locaties kan extra druk ontstaan op de wachttijden. Voor cliënten en wachtenden kan dit grote impact hebben”, meldt de inspectie. Omdat GGZ-klinieken sluiten, moeten sommige mensen die ernstig psychisch in de knel zitten nog langer wachten een klinische behandeling.
Meerdere zorginstellingen snijden dit jaar flink in hun klinisch behandelaanbod. Zo stopt Pro Persona met de klinische intensieve behandeling in het Centrum voor Psychotherapie in Lunteren. Altrecht halveert het aantal bedden van de kliniek Eikenboom. GGNet geeft aan dat ze het aantal bedden gaan afbouwen bij de kliniek Scelta in Apeldoorn.
Afspraken
Maar hoeveel klinische behandelplekken er waar nu waar precies zijn in het land, en hoeveel deeltijd- of ambulante behandelingen er precies bij komen; daar is geen totaalplaatje van. Dat blijkt uit een rondgang van Pointer langs overheidsinstellingen, zorgverzekeraars, brancheverenigingen en onderzoeksinstituten. Cijfers blijken niet actueel of zijn onvolledig.
“Het is niet goed, dat heb ik ook geconstateerd”, reageert minister Helder in de uitzending van Pointer op het gebrek aan cijfers. Dit najaar wil ze een overzicht hebben. “Het is belangrijk dat het er komt. Ik wil weten welke ondergrens er nodig is voor de klinische capaciteit en hoeveel ambulante capaciteit nodig is, zodat we met elkaar weten hoe we dat moeten organiseren en welke afspraken we daarover moeten maken.”