Evi’s grootste motivatie in haar werk als orthopedagoog en gedragswetenschapper is dat zij zich in kan zetten voor de kinderen die het moeilijk hebben zodat ze zich wellicht een beetje beter voelen in hun leven van alledag.
“In de meest ideale situatie groeit elk kind op in een veilige en liefdevolle omgeving waar tijd en ruimte is om kind te kunnen zijn. Maar helaas is dat niet altijd het geval. Daarnaast zijn er ook kinderen bij wie sprake is van (al dan niet aangeboren) kind-eigen problematiek. Voor al deze kinderen is extra hulp nodig en aan die hulp wil ik mijn steentje bijdragen.”
Wirwar aan theorieën
Gaandeweg haar opleiding aan de universiteit Leiden groeide haar interesse in de autisme spectrumstoornis. Tegelijkertijd groeide ook haar verwarring. Want wat is nou de oorzaak van autisme? Hoe moeten we deze stoornis zien? Welke theorie moeten we aanhangen? Zijn er onderzoeksresultaten die kloppen wanneer het gaat om autisme? Welke gedragingen horen nou specifiek bij autisme? Hoe kan het dat sommige mensen met autisme een extreem talent hebben?
“Allemaal vragen waar geen (eenduidig) antwoord op is gekomen in de opleiding. Het was eerder een wirwar aan theorieën en gedragingen van waaruit het begrip ‘autisme spectrumstoornis’ leek te zijn ontstaan. Niemand kon duidelijkheid hieromtrent bieden.”
Tijdens haar werk als orthopedagoog liep ze er dan ook tegenaan dat het diagnosticeren en classificeren van een kind of jongere met autisme nogal eens misgaat vanwege de verschillende theoretische invalshoeken en het (sterk verouderde) testmateriaal. De classificatie wordt vaak gemist of er wordt onjuist geclassificeerd.
“Daarnaast zag ik dat het missen van de diagnose en classificatie grote gevolgen kan hebben voor het leven van en de begeleiding aan de betreffende persoon. Van hieruit besloot ik in het kader van een PhD om te proberen hierin verbetering aan te brengen. Ik wilde duidelijkheid omtrent autisme en ik wilde ervoor zorgen dat autisme bij kinderen en jongeren minder vaak wordt gemist of onjuist wordt toegeschreven.”
Toekomst
Evi hoop dat er in wetenschappelijk opzicht meer eenheid gaat ontstaan in het duiden van autisme. Alleen zo kan voorkomen worden dat de classificatie autisme ofwel gemist wordt ofwel verkeerd gesteld wordt. De AUTEZME is daar een eerste aanzet toe.
“Ik hoorde laatst een onderzoeker zeggen: “Ik zie vaak al bij binnenkomst of iemand autisme heeft. Je ziet het gewoon”. Ook las ik een onderzoek waarin allerlei uiteenlopend probleemgedrag werd beschreven