Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Gezien & gelezen

Streaming • Generatie Pa • NPO Start, via 3Doc

Regisseur Bibi Fadlalla volgt in deze 3Doc-documentaire drie jonge Rotterdamse vaders. Ze groeiden op zonder vader, maar doen hun best zelf wél een rolmodel voor hun kinderen te zijn. We zien Mich, Jay en Ruwhel als opvoeders in actie, onder meer thuis, in een overdekt speelpark en tijdens grappige, pittige gesprekken met vrienden over het vaderschap. Sommigen blijken traditionele opvattingen te hebben en de vaders deinzen er niet voor terug om ook andere mannen op hun verantwoordelijkheid te wijzen. Daarnaast vertellen ze wat de afwezigheid van hun eigen vader voor hen betekent.

https://static-content.springer.com/image/art%3A10.1007%2Fs12454-024-1828-y/MediaObjects/12454_2024_1828_Fig1_HTML.jpg
©NTR

Boek • Handelingsgerichte diagnostiek in de jeugdzorg en JGGZ: samen van vraag naar plan

Noëlle Pameijer, Arga Kramer & Nina Draaisma, 2024 | Uitgeverij ACCO learn | 258 pagina’s | €39
Begin dit jaar verscheen Handelingsgerichte diagnostiek in de jeugdzorg en JGGZ, een volledig herziene versie van het gelijknamige boek uit 2011. ‘HDG’ biedt houvast in het proces van verzamelen en analyseren van informatie, met als doel tot de juiste aanpak te komen. Het stappenplan voor dat proces wordt uitgebreid beschreven en toegelicht aan de hand van praktijkvoorbeelden. Zo’n kader lijkt met name voor beginnende hulpverleners waardevol, al helpt het volgens de auteurs ook ervaren professionals.

HGD beoogt het classificeren van kinderen te verminderen, het proces focust meer op wat een kind nodig heeft dan op ‘wat hij heeft’. De context speelt hierbij logischerwijs een belangrijke rol: wat heeft dit kind – met deze ouders en deze leerkrachten in deze omgeving – nodig om deze gewenste situatie te bereiken? Onderkennende diagnostiek biedt slechts overzicht, verklarende diagnostiek biedt inzicht en indicatiestelling biedt uitzicht. Je vraagt dus niet alleen welke onderkennende hulpvraag ouders hebben, maar ook waarom, wat die diagnose voor ze zou betekenen, en wat hun kind dan van hen nodig zou hebben. Zo kun je de hulpvraag ombuigen tot een veranderingsgerichte hulpvraag en laat je ouders nadenken over hun bijdrage aan de oplossing. De auteurs geven concrete, oplossingsgerichte voorbeelden. Bijvoorbeeld: in plaats van concluderen dat de overbeschermende opvoedstijl van moeder de angst van het kind in stand houdt, is de conclusie dat het kind het nodig heeft dat zijn moeder hem het vertrouwen geeft om fouten te mogen maken.

https://static-content.springer.com/image/art%3A10.1007%2Fs12454-024-1828-y/MediaObjects/12454_2024_1828_Fig2_HTML.jpg
HGD is zo’n dertig jaar geleden ontwikkeld vanuit het onderwijs, waar in de diagnostiek destijds meer focus lag op problematiseren dan oplossen, meer op risicofactoren dan positieve factoren, meer op het individu dan op de context, en waar cliënten meer als informatiebron dan als samenwerkingspartner werden gezien. In 2011 hebben de auteurs HGD in de jeugdhulp geïntroduceerd, en nu dus aangepast aan actuele inzichten en recente ontwikkelingen. Mijn indruk is dat de hedendaagse jeugdhulpverlening al veel volgens de uitgangspunten van HGD werkt. Het boek geeft wel concrete handvatten, zoals het onderscheiden van directe en indirecte factoren van het systeem. Directe factoren bestaan uit het handelen van de omgeving; indirecte factoren zijn op dat handelen van invloed, zoals trauma van een ouder. De directe factoren zijn bijna niet te veranderen als je de indirecte factoren niet eerst hebt aangepakt. Door dit onderscheid al in de diagnostiekfase te maken, stap je in de behandelfase niet in de valkuil van te hoge verwachtingen van een ouder qua bejegening tegenover het kind. Ook waarschuwen de auteurs voor tunnelvisie. Ze geven hierbij creatieve adviezen, zoals in een MDO de minst ervaren collega eerst diens visie laten geven, omdat die vaak het minst bevooroordeeld is. Het bewust maken van dergelijke valkuilen is een mooie verdienste van dit boek. (Elsien Hofstra)

Tv • Het Klokhuis • Je lijf is van jou • Te zien via NPO Start

Kinderen die seksueel misbruik meemaken durven daar vaak niet over te praten. Ook volwassenen vinden het lastig. Om uit te leggen wat wel en niet mag, en het gesprek op gang te helpen, maakte Het Klokhuis Je lijf is van jou, een special die veel wordt teruggekeken, ook op scholen. Gevoelige en zware materie wordt voor kinderen en volwassenen behapbaar gemaakt.

https://static-content.springer.com/image/art%3A10.1007%2Fs12454-024-1828-y/MediaObjects/12454_2024_1828_Fig3_HTML.jpg

Podcast • Tot aan de maan en terug

Hein fietst van Milaan naar Genk, de ‘Giro de Louis’, om aandacht vragen voor gezinnen met een autistisch kind. Zijn zoon Henri-Louis (12) heeft naast autisme een mentale beperking. Elke aflevering wordt het ingrijpende effect van deze beperkingen duidelijker. Sfeervolle beschrijving van de fietstocht, inclusief de lekke band.

https://static-content.springer.com/image/art%3A10.1007%2Fs12454-024-1828-y/MediaObjects/12454_2024_1828_Fig4_HTML.jpg

Boek • Als van lucht

Ada d’Adamo, 2024 | Uitgeverij de Arbeiderspers | 176 pagina’s | €20
Ada d’Adamo (1967) was balletdanser en schrijfster. Ze overleed vorig jaar aan borstkanker, kort nadat dit boek was verschenen. Ze won er, postuum, de prestigieuze Premio Strega 2023 mee. D’Adamo beschrijft hoe zij en haar zusje opgroeien in Napels waar hun ouders dag en nacht werken in hun hotel. Al op drieënhalf-jarige leeftijd gaat Ada op ballet. Ze wil graag danseres worden. Ze verhuist naar Rome (‘de krakkemikkige stad’) om zich aan het ballet te wijden. Haar grote liefde Alfredo woont nog in Napels en wil zich niet binden. Als zij zwanger van hem blijkt te zijn, besluit ze het kindje te laten weghalen. Ada schrijft artikelen (onder meer over abortus) en is bezig met een boek over dansen en gehandicapt zijn. Als het verlangen naar een kind wederom groeit en zij een kind zal krijgen, kiest Ada voor haar met heel haar hart. Haar liefde in Napels (Alfredo) is nog steeds terughoudend, maar zal Daria als ze eenmaal geboren is met veel tederheid en toewijding (‘ijzeren handen’) verzorgen.

Bij de geboorte blijkt dat Daria een ernstige hersenafwijking heeft. De ontgoocheling van deze realiteit naast de diepe liefde voor Daria beschrijft Ada heel poëtisch, maar ook hard en realistisch. Moeders van gezonde baby’s negeren haar, geven verkeerd gekozen cadeautjes (een veel te groot mutsje, speelgoed van hout waarop Daria alleen kan sabbelen of waarmee ze zichzelf kan slaan). Veel vriendinnen laten het contact verwateren. Ada is strijdbaar, ze zoekt goede en passende hulp en is dag en nacht met Daria in de weer (‘mijn agenda staat vol met jou’). Het put haar uit en maakt haar nog bewuster om het juiste te doen.

https://static-content.springer.com/image/art%3A10.1007%2Fs12454-024-1828-y/MediaObjects/12454_2024_1828_Fig5_HTML.jpg
Haar lijf, altijd instrument voor de dans, raakt gespannen. Ada krijgt kwalen en heeft voortdurend pijn in haar rug en buik. Onderzoek wijst uit dat ze borstkanker heeft. ’s Ochtendsvroeg in de schemer gaat ze naar het ziekenhuis voor haar chemokuur om daarna de verzorging van Daria op zich te nemen. Baden, voeden, aankleden, verschonen. Dan naar school, waar Daria een speciaal programma heeft. Andere kinderen zijn dol op haar en ze is er goed op haar plek. ‘De buitenkant verpulvert en de kern verhardt’, schrijft Ada over haar eigen ziekteproces. De borstkanker blijkt uitgezaaid en Ada heeft chronisch chemotherapie en bestraling nodig. Haar leven wordt gedicteerd door het ziekenhuis. Ada en haar dochter Daria, zestien jaar oud intussen, delen dezelfde verzorgster ‘en op zondags tilt papa ons beiden uit bed’. Liggend op bed schrijft Ada haar laatste hoofdstuk, over inlijving. Als danseres moest ze eindeloos leren bewegingen en ritmes in te lijven; als moeder heeft ze Daria ingelijfd – haar toekomst is ongewis.
Als van lucht is een prachtig boek, met veel zorg geschreven en vormgegeven, een memoire en ode aan het leven. (Clarisse van Gorkom)

Boek • Mag ik bij jou? – omgaan met trauma

Elisa van Ee, 2024 | Uitgeverij Prometheus | 208 pagina’s | 20,99

‘Als de oorlog komt, en als ik dan moet schuilen, mag ik dan bij jou?’ Er is weinig verbeeldingskracht nodig om Claudia de Breij deze woorden in gedachten te horen zingen bij het lezen van dit (bijna) gelijknamige boek. De titel is dan ook een treffende vondst van Elisa van Ee, bijzonder hoogleraar psychotraumatologie in ontwikkelingsperspectief en klinisch psycholoog, die de boodschap van Mag ik bij jou? goed weergeeft. Namelijk dat je de steun van je omgeving hard nodig hebt als je met trauma te maken krijgt. Of je nu getroffene, naaste of omstander bent.

https://static-content.springer.com/image/art%3A10.1007%2Fs12454-024-1828-y/MediaObjects/12454_2024_1828_Fig6_HTML.jpg
Want trauma doet pijn, weet Van Ee, tevens systeemtherapeut, als geen ander. En die pijn wordt niet alleen gevoeld door de persoon met de traumatische ervaring, maar kan ook de directe en indirecte omgeving raken. Dit illustreert ze op heldere wijze door in het boek de casus van een gezin centraal te stellen met een door oorlog getraumatiseerde vader, zijn partner en hun zoon. Ze omkleedt dit verder met stukjes uitleg, duidelijke voorbeelden, tips en verwerkingsopdrachten aan het eind van elk hoofdstuk.
Door vanuit verschillende perspectieven stil te staan bij de gevolgen van trauma en hoe deze worden ervaren door bijvoorbeeld de partner of het kind, worden in het boek twee belangrijke punten duidelijk. Enerzijds hoezeer de pijn van trauma doorsijpelt naar naasten en de omgeving, en hoe belangrijk het is daar (ook) oog en aandacht voor te hebben. Anderzijds dat juist naasten en de omgeving van grote betekenis kunnen zijn in het helen van trauma, door met elkaar in verbinding te blijven en steun te bieden. Dat juist deze twee punten, die vaak onderbelicht blijven, centraal staan, maakt het boek tot een welkome aanvulling op wat reeds over trauma is geschreven.
Doordat in Mag ik bij jou? naast allerlei voorbeelden en opdrachten ook veel begrijpelijke informatie over thema’s als trauma, mentaliseren, hechting en het omstanderseffect wordt gegeven, is het interessant voor een brede doelgroep. Mensen met of zonder trauma; partners, kinderen of ouders van; hulpverleners of hulpzoekers; voor iedereen is er iets waardevols uit dit boek te halen. Ook wanneer je al veel over trauma weet. Al is het maar het belangrijke besef dat trauma weliswaar pijn doet, maar dat er ook veel is wat we voor elkaar kunnen doen. Want, om met de woorden van Van Ee zelf te besluiten: iedereen heeft, net als E.T., een Elliot nodig, en wij kunnen allemaal voor iemand een Elliot zijn. Iemand die je helpt weer thuis te komen, die in jou vertrouwt en je een schuilplaats biedt wanneer het leven pijn doet. Mag ik bij jou? helpt je daarbij, of je nu veilig bent, of nog moet schuilen. (Anne Marsman)