Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Preventie van kindermishandeling

Foto: Yuliia / Stock.adobe.com
Om de preventie van kindermishandeling in Nederland te verbeteren, zijn in Voorzorg en Stevig Ouderschap vier nieuwe modules ontwikkeld en geëvalueerd. Vooral de modules voor de risicofactoren ouderlijke stress en boosheid lieten positieve effecten zien, al werken ze niet voor iedereen even goed.
Voor de vroegtijdige preventie van kindermishandeling worden in Nederland onder andere de programma’s VoorZorg en Stevig Ouderschap ingezet. Doelgroep van deze twee interventies zijn moeders en hun partners met een verhoogd risico op kindermishandeling. Hoewel beide programma’s worden uitgevoerd door getrainde jeugdverpleegkundigen die op huisbezoek gaan, zijn er ook belangrijke verschillen tussen de twee programma’s.

Het eerste is een intensieve huisbezoekinterventie, gericht op moeders met een hoog risico op opvoedproblemen en kindermishandeling. De interventie is oorspronkelijk bedoeld voor jonge moeders van een eerste kind met een laag opleidingsniveau, maar in de praktijk wordt de interventie ook ingezet voor gezinnen die om andere redenen op basis van een bredere risico-inschatting een hoog risico lopen. De huisbezoeken vinden tijdens de zwangerschap eerst wekelijks en later twee keer per week plaats, totdat het kind twee jaar wordt. Tijdens de huisbezoeken is er aandacht voor zaken als hechting, gezondheid en de ontwikkeling van het kind, maar bijvoorbeeld ook financiën en huisvesting. In specifieke modules komen onder andere sociale vaardigheden, spelen, spraaktaalontwikkeling aan bod, evenals mentaliseren en reflectie op de ontwikkeling van het kind (zie voor de uitgebreide beschrijving van VoorZorg www.​nji.​nl).

De andere interventie, Stevig Ouderschap, heeft een bredere doelgroep en is minder intensief. In de regio’s waar dit programma wordt aangeboden, worden alle nieuwe ouders gescreend op het risico van opvoedingsproblematiek en kindermishandeling door middel van een vragenlijst. Wanneer de ouders een verhoogd risico laten zien, kan binnen dit programma een verpleegkundige zes tot tien keer op huisbezoek komen, in overleg met de ouders ongeveer elke drie maanden vanaf de geboorte, totdat het kind twee is. In deze huisbezoeken wordt onder meer ingegaan op de ontwikkelingsgeschiedenis van de ouders, hun beleving van het ouderschap en hun verwachtingen ten aanzien van de ontwikkeling van hun kind. Daarnaast bieden de huisbezoeken sociale en professionele steun, waarbij de inhoud vooral gestuurd wordt door de wensen en behoeften van de ouders (zie www.​nji.​nl).

Zowel VoorZorg als Stevig Ouderschap is in Nederland effectief gebleken in onder andere het verminderen van (jeugd)zorgmeldingen (Mejdoubi 2014) en het verminderen van het risico op kindermishandeling (Bouwmeester-Landweer 2006). Bij beide programma’s bestaat echter

Premium

Wil je dit artikel lezen?


    Al abonnee? Log dan in